Evaluatie consulaire dienstverlening – De burger centraal?

Een vakantieganger die in Australië zijn Nederlandse paspoort kwijtraakt. Een Nederlander die wordt gearresteerd in Brazilië, of het verstrekken van een visum aan een toerist die Nederland wil bezoeken. Het zijn voorbeelden van het werkterrein van de consulaire dienstverlening en regulering personenverkeer – beleidsartikelen 4.1 en 4.2 van de begroting van het ministerie van Buitenlandse Zaken.

Consulaire dienstverlening is in de evaluatieperiode 2011-2018 volop in beweging geweest. Groeiende globalisering, voortschrijdende technologische ontwikkelingen, een toenemend complexe internationale context en bezuinigingen op het ministerie zetten druk op de wereldwijde consulaire dienstverlening. Tegelijkertijd wilde het ministerie de consulaire dienstverlening efficiënter, effectiever en moderner maken. De burger – de Nederlander in het buitenland én de visumaanvrager die naar Nederland wil komen – zou in al deze veranderingen centraal staan.

De evaluatie laat zien dat het ministerie de dienstverlening met ambitie en daadkracht moderner heeft gemaakt, denk aan het BZ 24/7 Contact Center. Ook is er EUR 10 miljoen bezuinigd op dit terrein. Onvermijdelijk heeft dit op sommige onderwerpen ook geleid tot een versobering van de dienstverlening aan de burger. De onderwerpen waar IOB onder meer naar heeft gekeken zijn algemene consulaire bijstand, gedetineerdenbegeleiding, crisisvoorbereiding, reisadviezen, reisdocumenten en visa.